Geregistreerd partnerschapGeregistreerd Partnerschap

Het geregistreerd partnerschap is een wettelijk erkende en geregelde vorm van samenleving tussen man en vrouw, twee mannen of twee vrouwen. Het werd in Nederland ingevoerd op 1 januari 1998.

In de Nederlandse wet staat een geregistreerd partnerschap gelijk aan een huwelijk, op de (familierechtelijke) situatie van eventuele tijdens het partnerschap geboren kinderen na. Het geregistreerd partnerschap schept als zodanig geen afstammingsrelatie ofwel “familierechtelijke betrekking”. De mannelijke partner moet de kinderen van zijn vrouwelijke partner erkennen om juridisch vader te worden. Beide partners (ook die van gelijk geslacht) hebben wel van rechtswege het gezamenlijk gezag over de binnen het partnerschap geboren kinderen tenzij een derde juridisch ouder is. De partner die geen juridisch ouder is geldt als stiefouder, en heeft dus een onderhoudsplicht en een blijvend huwelijksverbod t.a.v. het kind. Bij partners van gelijk geslacht moet de partner om het juridisch ouderschap te verwerven de kinderen adopteren van de partner die al juridisch ouder is – door geboorte als het een vrouw betreft; door erkenning of juridisch vaderschap door een eerder huwelijk als het een man betreft; of in beide gevallen door een eerdere adoptie. De partners kunnen gezamenlijk adopteren.

Een belangrijk verschil tussen een geregistreerd partnerschap en het huwelijk is dat het geregistreerd partnerschap zonder tussenkomst van de rechter ontbonden kan worden. Door hun huwelijk om te zetten in een geregistreerd partnerschap staat deze mogelijkheid ook voor gehuwde stellen open. Dit is in de volksmond flitsscheiding gaan heten.



Wettelijke basis in Nederland

De wettelijke basis van het geregistreerd partnerschap is te vinden in de artikelen 77a en 80a t/m 80g van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Begin 2005 bleek Minister Donner van Justitie het voornemen te hebben de in de volksmond genoemde ‘flitsscheiding’ (beëindiging van een wettelijk huwelijk door omzetting daarvan in een geregistreerd partnerschap, dat zonder tussenkomst van de rechter beëindigd kan worden) onmogelijk te maken, want zo’n scheiding wordt in andere landen vaak niet erkend. De gehuwden, die gescheiden zijn via een ‘flitsscheiding’ zouden zich dan in het buitenland schuldig kunnen maken aan bigamie, indien zij in het buitenland zouden hertrouwen.(Wikipedia)